Walden-pond

 

 

Een terugblik....................naar 2002. Aangeleverd door 'lille' Hans uit zijn archieven.

 

Met een R.I.P. voor Knut Hendriksen en Frank den Dunnen

 

Onwaarschijnlijk, dat zeker. Zelfs met mijn jarenlange Noorwegen achtergrond en mijn doorgaans optimistische aard had ik absoluut niet kunnen bedenken dat het ZO uit zou pakken. En dat had niemand volgens mij. Ik zou er dan ook voor een volgende keer beslist geen garantie op durven geven. Nu ik eenmaal thuis, achter de PC gezeten, e.e.a. nog eens de revue laat passeren twijfel ik er zelfs aan of ik dit wel op papier durf te zetten. Enerzijds omdat ik me voor kan stellen dat mijn geloofwaardigheid er onder zou kunnen gaan lijden, anderzijds om de intimiteit van het sprookje te bewaren. Maar zoals je alweer ziet wint de extrovertheid van mijn karakter het weer eens.

 

FEITEN

Eerst de feiten maar eens op een rijtje zodat de lezer zelf kan besluiten of ie er nog verder kennis van wil nemen of het, per direct, naar het rijk der fabelen zal verwijzen.

 

We zijn, de tweede week van september, met 17 man gaan vissen op de Glomma in Noorwegen. Het was louter mooi weer…..en met mooi bedoel ik dan ook echt MOOI. Volop zon en temperaturen die overdag dik boven de 20 graden uit kwamen. We hebben allemaal vis gevangen. Veel vis. Grote vis. Een voorzichtige schatting komt uit op zeker duizend vlagzalmen. Jawel. En dat is nog heel voorzichtig geschat. Als er daarvan 50 onder de maat ( <25 cm.) zit ik heel aardig in de buurt. Er waren ook zeer regelmatig dikke 40’ers bij. Een enkele vis overschreed zelfs de 50 cm. En of dat nog niet genoeg is kan ik besluiten met mee te delen dat de kosten voor deze droomreis ( excl. een gedeelte van het eten, brandstof, drank (…) en de visvergunning) nog geen 200 euro bedroegen. Maar wel inclusief de boottocht en het overnachten in een simpel edoch comfortabel vakantiehuisje. Dat daarbij de stemming ook nog eens optimaal was in het illustere gezelschap van via het internet aan elkaar veroordeelde vliegvissers lijkt nog maar een detail. U mag gerust even slikken.

 

WAT VOORAF GING

In deze digitale wereld kun je ook voor vliegvissen terecht op het internet. Niels Hoofdman uit Amersfoort heeft een aantal jaren geleden een digitale vliegvisclub opgericht op het internet. Gedurende een aantal jaren hebben zich daar inmiddels zo’n 250 leden op verzameld. Wat Niels waarschijnlijk nooit heeft kunnen bevroeden is dat de leden van deze club regelmatig uit de anonimiteit stappen en zich met knotsgezellige visdagen en bindavonden profileren. De instap is laag en de sfeer is zeer toegankelijk voor zowel nieuwkomers als kreks. Dat daaruit weer allerlei andere afspraken ontstaan laat zich raden. Communiceren doen de clubleden zoals het hoort op het internet, via een chatbox. Op zondagavond wordt er lang en gezellig “vergaderd”.

Tijdens een dergelijke vergadering werd het plan geboren om eens met een stel belangstellenden naar Noorwegen te gaan om aldaar vlagzalm te gaan vissen. Nu is niets onmogelijk dus togen Hans van Dijk en uw verslaggever aan het werk om eens te bezien wat er zoal te realiseren zou zijn. Gekozen werd voor de Glomma ter hoogte van de gemeente Stor Elvdal. Hier is erg veel ruimte, veel vis en bovendien op redelijke afstand van Oslo. September kwam als meest ultieme maand naar voren omdat iedereen dan weer terug was van de vakantie met het gezin.

 

We hadden gegokt op pakweg 8 belangstellenden. Het werden er uiteindelijk 17. Eigenlijk vond ik dat niet zo heel prettig. Het is nogal een grote groep waarvan er, op Hans na, niet zo gek veel Noorwegen ervaring in huis hadden.

Aan de andere kant kon ik ook niet bedenken hoe ik nu tegen 9 man zou moeten zeggen “ jij niet en jij wel”. Dus, na enig beraad, toch maar verder gegaan met de organisatie.

Ruim voor de zomervakantie zijn we allemaal een keertje bij elkaar gekomen op een centrale plek in ons land. Daar bleek de animo en het enthousiasme zo groot dat alle twijfels over eventuele beren op de weg me werden ontnomen. Deze groep was flexibel genoeg om met het nodige improviseren er wat leuks van te maken. Het definitief vastleggen van de huisjes in Atna, de bootverbinding heen en terug, de auto’s waarmee we zouden gaan rijden en nog veel meer konden eindelijk geregeld worden. Via nieuwsbrieven per email werd iedereen op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen en nieuwtjes. Het meest bijzondere bericht was wel dat de prijs van overtocht en 6 overnachtingen, na intensief onderhandelen, dik onder de 200 euro p.p bleef. Een bedrag dat me nog steeds belachelijk in de oren klinkt. Te meer omdat er voor dat geld ook nog eens een heel behoorlijk pakket aan levensmiddelen mee ging.

Ondertussen werd er flink vliegen gebonden, hengels, lijnen en leaders aangeschaft dan wel strijdvaardig gemaakt, waadpakken op lekken gecontroleerd en meer van die typische pre-vistocht aangelegenheden. Iedereen wilde uiteraard goed beslagen ten ijs komen. Absolute domper tijdens de voorbereidingsfase was wel dat Hans uiteindelijk kort voor vertrek moest afhaken. De enige die daar geluk mee had was Marco. Die had al die tijd op de reservebank gezeten.

 

 

VERTREKKEN

Een gezelschap vliegvissers is altijd bijzonder. Het bijzondere van dit gezelschap was vooral dat ze uit alle windstreken van het land kwamen. Uit Brabant, Limburg, Zeeland en het midden en oosten van het land verzamelden zich op zaterdagochtend bij wegrestaurant ’t Harde aan de A28 zeventien popelende mannen. De bagage en personen werden zo efficient mogelijk verdeeld in de drie personenauto’s en het sjieke aannemersbusje. Niet veel later vertrok de collone naar Kiel, Duitsland om daar om 14.00 de boot naar Oslo te nemen.

Marco, Robbert, de twee Peters, Goran, Wil, Bart, Joop, Pierre, Piet, Jacky, Henk, Dave, Frank, Jos, Gerard en Erik waren onderweg.

De boottocht naar Oslo verliep gesmeerd, de pascontrole eveneens zodat de hoeveelheid eten en drinken (..) ook veilig aan land was gekomen. Er volgde nu nog een rustige tocht naar het noordoosten. Bij Elverum zagen we de Glomma al. Het water stond laag. Onderweg zowaar ook nog vliegvissers in actie gezien. De stemming steeg naarmate de kilometers verstreken.

 

OP LOKATIE

 

Toen de voertuigen, knarsend in het grind, tot stilstand kwamen op de camping was er sprake van wat nervositeit. De bagage werd in de hutten gedeponeerd en niet veel later stonden de eerste mannen reeds strak in het, al dan niet ademend, rubber.

Bij Mildred, de eigenaresse van deze simpele maar voor ons doel uitgelezen camping, gonsde het van de vliegvissers die allemaal een vergunning wilde hebben. Zo’n vergunning kost (maar) 150 Noorse kronen ( er gaan circa 7 kronen in een euro ) en geeft recht op het vissen op maar liefst 75 kilometer rivier. Niet kinderachtig dus. Ten minste iets dat goedkoop is in Noorwegen ! Duidelijk was al snel dat men niets liever wilde dan………..de rivier in.

In opgewonden ganzenpas ging het daarna dan ook naar de Glomma. Het had een beetje de sfeer die ik me van vroegere schoolreisjes herinnerde. Eenmaal in de dierentuin wilden we immers ook steevast naar de speeltuin.

 

Dat amper een half uur later de hengels al krom stonden was nauwelijks voor te stellen. Toch was het absoluut een feit. In de directie omgeving van de camping werden de eerste fraaie vlagzalmen reeds gevangen.

Het was eigenlijk geen gezicht om zoveel vliegvissers op zo’n relatief klein stukje water te zien staan. Goran en Wil scoorde meteen erg goed met nimfen terwijl elders door de anderen ook op droge vliegen gretig gevangen werd.

 

Tevreden werden we gadegeslagen door de aanwezige Noren. Zij vinden vlagzalmen over het algemeen maar niets en kunnen zich niet zo heel goed voorstellen waarom wij dat wel leuk vinden. Desondanks wordt vaak wel gewaardeerd als er op catch & release basis gevist wordt. Zowel onze oosterburen als de oosterburen van de Noren hebben namelijk de reputatie zo veel mogelijk mee te willen nemen.

Eenmaal terug van de eerste sessie kon er echt kwartier gemaakt worden. De huisjes werden ingericht met vooral visbenodigdheden, bindspullen en tijdschriften. Gerard, onze chefkok, bereidde een eenvoudige edoch zeer smakelijke hap in enorme hotelpannen op het tweepits kookplaatje. Iets wat hij gedurende de rest van ons verblijf op onnavolgbare wijze heeft volgehouden.

 

’s Avonds zaten we gezellig buiten. Met een glaasje whisky of bier ( die gedurende de gehele week uit allerlei hoeken en gaten in de auto’s en de bagage opdoken ) in de hand hebben we heel wat afgelachen.

De eerste dag zat er op. We waren er ! Na een prachtige avondlucht waarin zelfs gedurende enige tijd flarden van het noorderlicht waren te bewonderen viel iedereen dan ook moe en voldaan in bed. Nu was het moment aangebroken dat de notaire snurkers zich konden profileren………..

 

DE REST VAN DE WEEK

Er lag nog een hele week vissen voor de boeg. De zon liet zich zien en bleef schijnen tot en met vrijdagmiddag. Warm dus. Echt warm ! Dit resulteerde in bruine koppen, kwalijk riekende waadpakken en drijfnatte onderkleding. Het meenemen van drinken was een absolute “must”.

Gaandeweg verspreidde de groep van 17 zich in 4 clubjes die elk met een eigen auto op zoek gingen naar nieuwe stekken. Die pools, we gaven ze maar nummers, bleken allemaal succesvol. Er waren momenten bij dat je een hele poos op werkelijk elke inworp een aanbeet scoorde.

 

Grofweg kun je zeggen dat we twee succesvolle manieren van vissen hebben toegepast. Het vissen met verzwaarde nimfen bleek qua vangsten net iets effectiever dan het vissen met droge vliegen. Dichtbij geviste goudkopjes en caddislarven werden gretig genomen. Onder de stenen wemelde het van de groene en witte caddislarven en kleine eendagsvliegnimfen. Hoe we dat wisten ? Nou het water was lauw genoeg om er in te duiken.

 

Met stevige beetverklikkers werd er zelfs in de harder stromende gedeelten goed gevangen. Dikwijls werd de ene vis na de andere geland. Droge vliegen, ik doe niets liever, deden het ook geweldig. Gedurende de periode dat wij er zaten waren er geen hatches. In de lucht vlogen wat kleinere eendagsvliegen en sedges. Verder opvallend veel wespen ! De rukmug deed het prima.

 

 

Normaliter vis ik de Glomma in juli of augustus. Nu, in september, bleken de vangsten toch vooral met wat kleinere vliegen te worden behaald. De zwarte mier, bruine sedge en de super pupan op haakje 12/14/16 scoorden verreweg de meeste vissen. Ook klinkhamers (vooral zwarten en paarse) en sommige donkere parachutevliegjes deden het zo nu en dan ook goed. Henk ving, zoals altijd en overal, gewoon met zijn “stokje”.

Grappig was het te constateren dat een pool van dag tot dag kan verschillen. De plekken waar je de meeste aanbeten kon verwachten verschilden nog al eens. Dat gold zeker ook voor de grootte van de in een pool azende vis. De frequentie en de wijze van aanbeten lag ook telkens anders. Zo waren er van die momenten dat je een geweldige SLUUURRRRRRPPPPP aanbeet kreeg terwijl de andere dag een nauwelijks waarneembaar kringeltje de aanbeet verried.

Variatie genoeg dus. Ondanks dat het een heel verschil maakt een vlagzalm in de volle stroming te vissen of in een rustige diepe pool werd er over het algemeen gebruik gemaakt van hengels in de #5 klasse. Soms werd een maatje lichter ingezet en soms bleek een #6 meer wenselijk. De leaderpunten varieerden eveneens tussen de 14/00 en de 18/00. Lichter vissen is in de , ondanks het lage water, toch stevig stromende Glomma nauwelijks mogelijk.

 

Dat een waadstok geen overbodige luxe bleek moesten sommigen zelf ervaren. Stroming en bodemstructuur konden per plek heel verschillend zijn. Vooral daar waar de keien ook nog eens glad van de algen waren was het oppassen. Zelf met een waadstok in de hand ! En al helemaal na een gezellige avond.

Dat mocht ik op een dag zelf ervaren. Tijdens een kleine weg glijer verloor ik mijn ouwe trouwe Orvis springcreek. Ik stond erbij en keek er naar toen de hengel onder mijn oksel vandaan glipte terwijl ik een drillende Gerard op de foto aan het zetten was. Een zoekactie met 4 man leverde niets meer op. De hengel leek opgelost in het toch heldere water. Triest keerden we naar de camping terug om de reservehengel op te halen. Wie schetst onze verbazing dat niet veel later Goran aan komt lopen met mijn Orvis ! Hij had ‘m doodleuk op een pool, 8 kilometer verder, voorbij zien drijven en ‘m met een welgemikte worp uit het water gevist. Geen buts of krasje op zowel hengel als reel ! Ik heb daarna ruim een uur nodig gehad om van verbijstering bij te komen. Dat ik er blij mee was laat zich raden. Zoiets verzin je niet.

 

Zo gek veel meer als vissen en struinen langs de rivier hebben we die week niet gedaan natuurlijk. Waarom zouden we ook ?

Wat overigens wel opviel is dat er naar verhouding weinig forel werd gehaakt. In de maanden juli/augustus is de verhouding meestal zo van 1 forel tegen 9 vlagzalmen. Nu beduidend minder forel. De verklaring hiervoor is eigenlijk logisch. Immers 15 september sluit het seizoen voor wat de forellen betreft omdat ze de zijrivieren optrekken om te paaien. Er werden er wel enkele gevangen. Goran moest na een geweldige dril een zeer grootexemplaar lossen tussen de grote keien net voor Koppang. Zijn getier galmt nog na tussen de bergen aldaar. Het was dan ook een typisch geval van een JOOP.

JOOP = het bijna vangen van een vis. We kwamen er achter dat Joop deze vissen onterecht optelde bij de werkelijk gevangen exemplaren. Sindsdien maakten we onderscheid tussen vissen die je in je handen hebt gehad en vissen die voortijdig losraakten, Zo kon je bijvoorbeeld op een dag 30 vissen vangen en 12 JOPEN 

 

 

Enkele onderbrekingen in de visactiviteiten waren het halen van de nodige boodschappen in de enige supermarkt in de wijde omgeving en een autotochtje in de fraaie omgeving van het Østerdalen die 5 man hadden gemaakt. Over de stuurmanskunsten van Peter O. wordt nog gesproken. Vooral tijdens de klim en afdaling van een enorme berg, de Tron bij Alvdal, met prachtig uitzicht.

Doorgaans aten we rond 17.00/18.00 een eenvoudige doch voedzame warme hap. Vermeldenswaardig is de topprestatie van Gerard om voor 17 man pannenkoeken te bakken !

Dat hij ons de volgende dag zelf liet prutsen met meegebrachte legerrantsoenen namen we hem dan ook beslist niet kwalijk.

Enkelen van ons hebben ook nog gevist in de fraaie Atna rivier. Dit is een zijrivier van de Glomma die, u raadt het al, bij het gehucht Atna de Glomma in stroomt. De rivier bleek door het lage water moeilijk bevisbaar. Toch werden er hier zeer fraaie vlagzalmen gevangen. Vanaf de brug kon je ze zo zien liggen tegen de stroming in. Ook kon je prima zien hoe het van grote hoogte neergedaalde goudkopje werd genomen. Een merkwaardige dril volgde.

Voor en na het eten werd er zo nu en dan wat gebonden, geworpen op een grasveld of gedouched. Voor 10 kronen werd je in de telkens kraakheldere doucheruimte warm en nat.

Na 5 heerlijke minuten echter was er nog louter koud water. En dat gebeurde in een fractie van een seconde.

De avonden waren altijd gezellig. Omstreeks 21.00 arriveerden de laatste vliegvissers bij hut 3. Hier waren, van overal vandaan, de nodige stoelen en bankjes naartoe gesleept. De ervaringen van de dag en de plannen van morgen werden er besproken, er werd meegezongen met de hoempapa refreinen van Peter’s schunnige liederen, andere Peter leerde voorbijkomende Noren Rotterdams ( TÆRING ! ) en meer van dit soort typische lol voor een clubje heren ver van huis. We zaten er doorgaans tot je je ogen niet meer kon openhouden van de slaap en zo.

 

Ook zijn we op een avond op bezoek geweest bij Knut. Hier konden enkele van ons de onderschatte effecten van “lampenolje”, een inheems en eigen gedistilleerd goedje dat je uitsluitend verdund kunt drinken, aan de lijve ondergaan. Voor hen die gezegend waren met een snurkende hutgenoot een weldaad. Dit omdat je nu zeker, ook zonder oordopjes, als een blok in slaap viel.

 

EEN WEEK IS ZO OM

De routine van wakker worden, koffie drinken ( hiervoor moest je bij Piet in hut 4 zijn ), ontbijten, hengels optuigen, waadpak aan en naar weer een andere pool vertrekken went erg snel. Het lijkt wel een nieuwe manier van leven te worden. Naarmate de dagen vorderden

Merkte je bij velen dat ze wat meer relaxed aan de slag gingen. Misschien verzadigd door de grote aantallen inmiddels verschalkte vissen kon er nu meer tijd worden vrijgemaakt voor het experimenteren met andere techniekjes en vooral ook genieten van de prachtige omgeving. De beboste omgeving, de strakblauwe lucht, de weerbarstige keien en het almaar voorbij komende water zijn hier indrukwekkend genoeg voor. De geuren van kruiden, mosjes, paddestoelen en blad waren voorboden van een onafwendbaar naderende herfst. Een slok zomaar uit de rivier nemen, wat bosbessen plukken en lekker opeten, een vuurtje langs de oever stoken en daar een gevangen vis op roosteren is immers ook puur genieten.

Maar vrijdagavond was het echt over. Iedereen was meer dan aan z’n trekken gekomen en het grote inpakken begon. De ochtend er op, na het ontbijt, werden de auto’s ingepakt en de huisjes schoongemaakt. Aanwezige Noren en Zweden werden getrakteerd op overgebleven vliegen. Daar waren ze zeer dankbaar voor. Gezien de prijs die je daar voor een vliegje moet neertellen is dat ook wel te begrijpen.

Onvoorstelbaar hoe de huisjes er naar verloop van tijd toch weer schoon en helder uit gingen zien. Vliegvissers in de weer met dweilen en dergelijke is op zich al een bijzonderheid.

Het afscheid van de “vaste” campinggasten en van Mildred was zonder meer hartverwarmend. Wie vindt dat Noren afstandelijk en koel zijn is niet met ons mee geweest.

 

Zo vertrokken we dan uiteindelijk weer naar Oslo. Vanwege de tijd die over was kon nog een bezoek gebracht worden aan het bijzonder fraai museum voor Jacht, bosbouw en visserij in de plaats Elverum. In de vooravond vertrok de boot om ons in een nacht naar het Deense Hirtshals te varen. Het werd nog een dolle nacht. Maar daarover moet men de deelnemers zelf maar eens om opheldering vragen.

Toen we zondagavond/nacht eindelijk, na een lange tocht over Deense en Duitse snelwegen, weer allemaal thuis waren sloeg de vermoeidheid toe. Maar ook de voldoening. Het terugblikken kon beginnen. Ieder zal voor zichzelf zo zijn onvergetelijke momenten koesteren en bewaren. En dat waren heus niet alleen de gevangen vlagzalmen. Ik ben er van overtuigd dat velen zullen terugkeren naar de oevers en pools van de Glomma en de immense rust en ruimte van Noorwegen. Net als ik. Al jaren……..

Nooit zal het meer zijn zoals het die week was. Dat staat voor mij als een paal boven water. Daarom, maar dan ook alleen maar daarom organiseer ik een dergelijke reis voorlopig niet meer. Het was goed zo. Geweldig goed. Allemaal bedankt mannen !

 

erikdenoorman