Walden-pond

De lelijkste vlieg van Scandinavië?

 

In de noordelijke landen staan ze, op een aantal uitzonderingen na, niet bekend om hun verfijnde patronen wanneer het op droge vliegen aankomt. Van oudsher moest men zich als bedienen van natuurlijke materialen zoals veren en bont. Maar daar was dan ook geen gebrek aan. Tegenwoordig is er net zoveel en zo verscheidenheid aan bindmateriaal verkrijgbaar als op het Europese vasteland. Toch zit dat ruige binden er wel een beetje diepgeworteld in daar. Nog steeds wel.

 

Eén van de gouwe ouwe vliegen die tot op de dag van vandaag bij vrijwel elke Noor of Zweed in de vliegendoos is te vinden werd in 1967 (!) door de Zweed Kenneth Bohström bedacht. Opvallenderwijze geheel bestond zijn sedge imitatie geheel uit synthetisch bindmateraal. Namelijk antron. Een materiaal dat toen net nieuw was en een aarzelende weg bewandelde naar acceptatie in de bindwereld. De Racklehanen was geboren!

 

Een spuuglelijke vlieg die echter voldoende de sedge imiteerde want de vangsten ermee waren, en zijn, ronduit spectaculair te noemen. Over dat spuuglelijk valt nog wel wat te discussiëren. Smaken verschillen natuurlijk. Dit geniale vliegje had verder als voordeel dat het, mits ingevet, dreef als een kurkje en schier onverwoestbaar bleek. Met slechts een paar valse worpen kan je de vlieg weer droog ‘slaan’. Het duurde niet lang of het vliegje werd wereldberoemd en vormde zelfs de titel voor het grootste vliegvisblad van Zweden.

Goed, je wilt er vast eens wat gaan proberen. Dan heb je dus antron nodig. Neem dan niet met die mooie rechte fibers maar juist die ‘kringeliger’ variant. Want die houdt nu eenmaal veel meer lucht vast. Het is er intussen in heel veel kleuren. Maar voor sedges komen zwart, beige en bruintinten natuurlijk als eerste in aanmerking. Dat zijn immers de kleuren waar je dit insect verreweg het meest aantreft in de natuur. Het binden ervan gaat als volgt:

 

 

Knip stukjes van pakweg 5 mm af en verwerk die tussen duim en wijsvinger tot een dubbing. Breng de dubbing aan en gebruik eventueel wat dubbingwas om het beter op de binddraad te houden.

 

Maak van de dubbing een lijfje op ongeveer 2/3 van de haaksteel. Bind nu een flinke toef antron naar voren in en kam die wat uit.

 

Vouw dan de toef antron naar achteren als dekvleugel. Zorg ervoor dat de vleugel zowel de bovenkant van de vlieg als de flanken ervan bedekt.

Knip de vleugel al op gewenste lengte en breng als laatste wat dubbing op om het kopje van de vlieg te maken. Hierna kun je afbinden en de afbindknoop even lakken.

Over het algemeen zal je de rackelhanen vissen als er sedges óp het water zijn. Let wel: Als je zwermen sedges in de lucht ziet wil dat helemaal niet zeggen dat ze ook op het water aanwezig zijn en dat er vis op aast. In de regel is dat in de namiddag en avond. Tot wel aan donker toe. Als het echter bewolkt is kan het zijn dat ze er eerder al zijn. Kwestie van goed observeren dus. Dat weet je dikwijls ook snel, ze zijn relatief makkelijk met de hand te vangen, de grootte en de kleur van de op dat moment aanwezige soort(en). En uiteraard is het zinvol je keuze hierop aan te passen. Succes met dit lelijke eendje onder de sedges. Of is het toch een beauty misschien?

 

erikdenoorman